Of hoe een succesvolle samenwerking kan leiden tot mooie resultaten

Wanneer we net te laat de collegezaal inlopen voor het interview, zijn de Leuvens burgemeester Mohamed Ridouani en voorzitter van de Oude Markt Erik De Rop al druk in gesprek. Het is meteen duidelijk dat deze twee heren er een langdurige en fijne samenwerking op nahouden, en het interview bevestigt dit alleen maar.

Jullie werken al een tijdje goed samen rond slimmer alcoholgebruik, vanwaar die nood?

Mohamed Ridouani: “We zien dat er in sommige gevallen alcoholmisbruik is. Dat zorgt niet alleen voor gezondheidsproblemen van de betrokkenen zelf, maar ook voor overlast in de stad. Om alcoholmisbruik tegen te gaan, werken we graag zowel preventief als corrigerend. Voor dat eerste kunnen we rekenen op een mooie samenwerking met de Leuvense horeca. En gelukkig maar, want je kan dit als stad ook niet alleen aan. Je moet dit samen aanpakken met de horeca en andere ondernemingen.”

Erik De Rop: “Er is ook meer en meer bewustwording. Niet alleen bij de horeca, maar ook bij de klanten zelf. We zijn er ons van bewust dat het ook de verantwoordelijkheid van de horeca is om verantwoordelijk te schenken. Geen enkele uitbater heeft er trouwens een voordeel aan dat mensen over de schreef gaan. Ze willen maar al te graag overlast binnen en buiten het café voorkomen. Maar dat is niet altijd gemakkelijk. Wanneer zie je dat klanten de ‘fun zone’ verlaten? Hoe kaart je dit aan? Gaan klanten moeilijk doen of gaan ze dit aanvaarden? Hiervoor is er training nodig en dat kunnen we enkel doen in samenwerking met anderen, dit kunnen we niet alleen.”

Het draagvlak vanuit de Leuvense horeca is dus aanwezig? Staan alle horeca-uitbaters hier achter?

Erik De Rop: “In elke sector heb je een aantal trekkers. Zo weet ik nog dat je in de jaren ’90 niet meer mocht roken in restaurants in New York, dat rokers verbannen waren naar de stoep en dat men dat hier absurd vond. Terwijl je je nu niets anders meer kan inbeelden. In veel landen krijgt je een licentie wanneer je personeel een opleiding verantwoord drinken volgt. Zo neem je als uitbater ook je verantwoordelijkheid. Ik zeg niet dat het een gemakkelijk verhaal is, maar met de juiste trekkers, lukt het wel!”

Mohamed Ridouani: “Het is niet moeilijk om vanuit deze collegezaal reglementen uit te vaardigen, maar die raken dan weer minder de grond als er weerstand ontstaat. Het is mijn ervaring van de laatste jaren dat je moeilijke zaken het beste kan aanpakken met respect voor en in overleg met elkaar. Daar komen de juiste oplossingen uit voort. Zo hebben we onlangs samen met de stad een akkoord bereikt rond de geluidsnormen. We zijn op dat vlak echt een pioniersstad. Het waren moeilijke gesprekken, maar nu hebben we wel een akkoord, is er toezicht én zijn de regels voor iedereen gelijk.”

Erik De Rop: “Leuven is echt een voortrekker op het vlak van wetten en reglementen, denk maar aan de portierswetgeving. Het vertrouwen tussen de stad en de sector is ook erg groot, er is begrip van beide kanten. Vanuit de horeca kunnen we ook problemen zelf aanpakken, we kunnen onszelf laten zien en iedereen wint hierbij. We merken regelmatig dat andere steden jaloers naar ons kijken hoe onze samenwerking verloopt. We steken er dan ook veel tijd en energie in en dat werpt zijn vruchten af.”

Welke rol speelt Lazarus, een nuchtere kijk op drinken, in jullie verhaal, welke mogelijkheden heeft dit project jullie gegeven?

Erik De Rop: “We krijgen zoveel inhoudelijk hulp. Door al die externe expertise kan je je verhaal sterker maken. Je hoort al die andere verhalen, mensen die in andere landen met hetzelfde bezig zijn en krijgt vernieuwende inzichten, inspirerende ideeën.”

Mohamed Ridouani: “Door het Lazarus-project konden we ook financieel een versnelling hoger schakelen. We hadden nu forse budgetten van de stichting ter beschikking en konden op die manier nog meer inzetten op de samenwerking. Het heeft een extra duw aan het geheel gegeven. Zo is de samenwerking met Health House echt een succes. Jongeren die tegen de lamp gelopen zijn wegens alcoholgebruik, konden hier een traject volgen. Ze kregen via allerlei technieken inzicht in overmatig alcoholgebruik, ze werden begeleid door expert en beleefden een aantal zaken via Virtual Reality. Je hoort toch wel van die jongeren dat het traject hen de ogen heeft geopend.”

Erik De Rop: “Health House met al die technische hulpmiddelen is echt heel indrukwekkend. Het is fijn dat de trainingen voor het barpersoneel hier zullen plaatsvinden. We zijn ook dankbaar dat we de kans kregen om mee de verhalen uit te schrijven, om alles mee uit te werken vanuit onze kant van de toog. Op dit moment zijn er test-trainingen met een aantal horeca-figuren waarvan we denken dat ze een trekker kunnen zijn. Mensen die mee in een positief verhaal stappen en toch kritisch kunnen zijn. Die feedback gaan we nu verwerken en in januari-februari starten we met onze trainingen. We willen graag 800 mensen door het traject krijgen, eerst het vast barpersoneel, daarna de tijdelijke mensen en dan de flexi-jobbers. Met de trainingen willen we barpersoneel op een verantwoorde manier met alcohol laten omgaan. Om zo het samenleven in Leuven nog beter te laten verlopen. De trainingen kunnen het puzzelstukje zijn dat het totaalplaatje van Leuven mooier maakt.”

Die goede samenwerking tussen jullie beiden bleek ook de aanpak naar aanleiding van de recente overlast-problemen die in de pers kwamen?

Mohamed Ridouani: “We hebben niet altijd eenvoudige oplossingen voor complexe problemen. Zo werd er recent, naar aanleiding van overlast in het Leuvense centrum, geopperd dat de stad dan maar van bovenaf een sluitingsuur moest opleggen. Maar daar los je niets mee op. Er kwam dan een veel krachtiger initiatief, de horeca koos er zelf voor om op een schappelijk uur af te sluiten.”

Erik De Rop: “Wij hebben toen ook vanuit de horeca het signaal willen geven dat we die verantwoordelijkheid wilden nemen, door die goede samenwerking. We contacteren elkaar ook gemakkelijk en werken constructief aan dergelijke zaken samen. En er is niet alleen een goede samenwerking met de stad, er is ook veel samenhorigheid tussen de horeca-zaken onderling. We zorgen er dan ook tijdens de trainingen voor dat er een goede mix is tussen de verschillende geografische gebieden, zodat je ook daar van elkaar kan leren. Want op de Oude Markt zijn er andere problemen dan bijvoorbeeld in de Tiensestraat.”

Hoe ziet het toekomstige Leuvense nachtleven er voor jullie uit?

Mohamed Ridouani: “Nog plezanter, nog bruisender en veiliger dan ze vandaag al is. Leuven is geen kleine stad meer, zeker niet als je dat vergelijkt met andere Vlaamse steden. Als je kijkt hoeveel mensen er elk weekend afzakken naar Leuven om te genieten, te shoppen en te eten: uiteraard gaat dat al eens gepaard met wat overlast. Maar Leuven is wel een veilige en leuke stad om in uit te gaan.”

Erik De Rop: “Ik ben ervan overtuigd dat deze trainingen zullen slagen. We hebben iedereen persoonlijk gecontacteerd, ook ABInBev deed dat, het project wordt gewoon vanuit alle hoeken ondersteund. Als we dit kunnen handhaven, dan staat er ons veel fun en plezier te wachten, dan maken we een grote stap.

Ik ben zelf altijd al passioneel met horeca bezig geweest. De toog is de spiegel van de maatschappij, zegt men weleens, en net daarom is horeca zo belangrijk. Je kan klagen of je kan de handen uit de mouwen steken. Ik doe dat laatste, ik zie het ook als mijn plicht om die verantwoordelijkheid te nemen.”

Mohamed Ridouani: “Dat is ook wel de rijkdom van Leuven: om zoveel ondernemende mensen te hebben. Er zijn veel mensen die willen nadenken over hoe we de stad op een hoger niveau kunnen krijgen. Die de handen in elkaar slaan. En aan het einde van de rit komt iedereen er beter uit.”

error: Content is protected !!